Elsbeth en René Gorter in Coronatijd
Tekeningen van Elsbeth en tekst van René
dinsdag 7 juli 2020
Raadhuis of Gemeentehuis
donderdag 18 juni 2020
Het Kloosterhof
In Aalsmeer zijn twee zorgcentra.
Met zeer beperkende maatregelen door het coronavirus. Er mag geen bezoek
meer langs komen bij de ouderen, die daar wonen. Om hen een hart onder de riem
te steken wordt er van alles georganiseerd. De bewoners en het verplegend
personeel krijgen van alles, zoals
kroketten, pannenkoeken, ijs, chocola,
oranjegebak en in Aalsmeer natuurlijk ook veel bloemen. Op 5 mei kreeg iedereen
een bevrijdingsboeket. En dan zijn er ook de vele muzikale traktaties. Wij
wonen vlakbij het Kloosterhof en luisteren mee met de DJ's die met hun
apparatuur buiten oude schlagers en meezingers ten gehore brengen. Ook kwam zangeres Tonia
langs, die een liveoptreden verzorgde. Op de balkons en in
de tuin werd meegezongen en mee gehost. Op moederdag voeren
in een bootje de bekendste dorpsgenoot van Aalsmeer, Gerard Joling en Karin
Bloemen in de Brandewijnsloot langs het zorgcentrum Aalsmeer en Rozenholm om
een concert vanaf het water te geven. Een draaiorgel ging langs alle zorgcentra
en laatst kwamen de fysiotherapeuten
van PACA langs om op muziek een soort Nederland Beweegt voor senioren te geven. In de plaatselijke
krant wordt over deze voorstellingen bericht als 'een welkome afleiding voor de
ouderen die geen bezoek mogen ontvangen' en dat ' zij hebben genoten van het
feestje op het water', 'het was een geweldige muziekmiddag' en dat 'de
verrassing duidelijk gewaardeerd werd door de bewoners en het personeel'. Een
schande is het wel dat deze laatste groep, het is nu 19 mei, nog steeds niet
voldoende beschermende kleding en mondkapjes ter beschikking heeft gekregen.
Want de bejaarden zelf zijn met alle extra verwennerijen nog niet zo slecht af
in Aalsmeer.
zondag 7 juni 2020
Boodschappen doen met Fiep
Fiep zit in Overijssel en heeft
daar een tractor met aanhanger tot haar beschikking en rijdt rondjes om een
oude wenteltrap midden in de kamer. Zij belt ons regelmatig op
via Whats App of we nog boodschappen samen met haar willen doen.
Altijd Fiep ! De Iphone wordt in de aanhanger gezet bij haar trouwe pop Boe.
Opa, oma, hebben jullie de gordels om ? Ja natuurlijk Fiep ! Zij vertrekt, na
enkele seconden stopt zij. Wat is er Fiep ? Het stoplicht staat op rood oma !
Zo doen wij dagelijks onze boodschappen. Met uitzicht op het plafond.
PV de telegraaf
Op één van onze wandelingen door
Aalsmeer liepen wij over de pas vernieuwde parkeerplaats bij het zwembad.
Voor jongeren is daar een skatebaan aangelegd en voor de nog jongeren een
speelplaats vol met klimrekken. Een fantastisch initiatief. Aan de overkant
hiervan valt ineens een oud gebouwtje op in het bosje, dat de parkeerplaats
scheidt van de Dreef. Met een groot bord PV De Telegraaf. Dat is niet de
plek, waar vroeg in de ochtend de kranten worden uitgedeeld aan de bezorgers,
maar PV staat voor postduivenvereniging. Nooit geweten dat daar een gebouwtje
stond laat staan dat er duivenmelkers waren in Aalsmeer. Ik kan mij van vroeger
herinneren dat bij Vroege Vogels op de zondagochtend het programma werd
onderbroken voor duivenberichten. Hoe laat de duiven waren gelost ergens in
Noord-Frankrijk of zelfs in het veel zuidelijker Orleans. Het woord
duivenmelker heb ik nooit zo begrepen. Koeien hou je, je fokt er mee en ze
geven melk, vandaar het woord 'melken'. Melken is volgens van Dale 'het houden
en fokken van dieren om daar winst mee te maken'. Duivenmelkers doen het toch
voor de sport ? Zo bestaan er ook konijnenmelkers. En huisjesmelkers....
zondag 31 mei 2020
Oud en jong op de Westeinder
Het is nu half mei en zouden wij
allang op de boot zitten op weg naar Duitsland. Althans dat was het plan. De
Gairloch ligt midden in Frankrijk en is onbereikbaar voor ons dankzij de
lockdownmaatregelen. Vandaag was in het nieuws dat Frankrijk deze zomer geen
buitenlandse toeristen zou toelaten. Of dat ook gaat gelden voor Nederlanders
met een tweede huis daar is nog onduidelijk, laat staan wiens boot daar ligt.
Eind mei krijgen wij het te horen. Zonder boot in Aalsmeer trekt het water toch
en eindigen wij vaak bij jachthaven Dragt. Aan het einde staat een bankje en op
een doordeweekse zonnige dag zitten wij daar graag. Het krioelt er van de
kleine bootjes met jongelui. Een bootje gooit het anker uit en iedereen komt
'buurten', ziet er gezellig uit maar op het water geldt ook de 1,5 meter.
Veel controle is er niet, zeker buiten kantoortijden. De politie doet zijn
best, zo staat in de Nieuwe Meerbode. 'Het is zien en gezien worden'
staat boven het artikel, maar als het donker is zie je niks... Er is een
grote toename aan vernielingen op privé-eilandjes op de Poel , waar 's-avonds
menig privéfeestje wordt gevierd.
Karmelklooster 100 jaar
Het is 100 jaar
geleden dat er met de bouw van het Karmelklooster een begin is gemaakt. Daar
ging heel wat aan vooraf. In 1915 had een parochiaan, Zeestraten wonend aan de
Ringdijk, een verzoek ingediend bij het bisdom Haarlem voor een hulpkerk voor
de 'verwaarloosde katholieken ' in Aalsmeer. De bisschop ging te rade bij de
pastoors van Kudelstaart en Hoofddorp. Die vonden het een 'moeilijk geval'.
Volgens hen waren er te weinig katholieke Aalsmeerders en die waren ook
te zeer verknocht aan de kerk in Kudelstaart. De pastoor had er zélf ook wel
eens aan gedacht vanwege de uitbreiding van Aalsmeer, maar er kwamen toch te
weinig katholieke gezinnen bij. Ook was hun financiële inbreng te gering voor
een bijkerk... Volgens de pastoor van Hoofddorp waren Zeestraten en zijn gezin
goede mensen en woonden zij inderdaad zeer ver van Hoofddorp, maar dat was hun
eigen keus. Ze kunnen ook de trein nemen. Zeer gedienstwillig somde hij
ook nog de aankomst- en vertrektijden van de trein naar Uithoorn en
Hoofddorp op in zijn verweer... Conclusie van beiden : 'de nood dringt niet zoo
geweldig ". Op die gronden kon de bisschop ook niet anders dan het
verzoek afwijzen. Maar na 2 jaar dienden de Karmelieten een verzoek in voor een
klooster in Aalsmeer. Dat veranderde de zaak. Zij hadden al een klooster in
Hogeveen, in het reformatorische Noorden. En met hun apostolische dadendrang
wilden zij nu ook in het liberale en protestante Aalsmeer aan de slag, onder
leiding van pater Lambertus Smeets. De begin jaren twintig was er in de
katholieke wereld een enorme drang een bijdrage te leveren aan de verbetering
van de wereld. Er werd van alles ondernomen op het gebied van apostolaat,
missie en bekering, ook in Nederland met als motto 'De katholiek van de daad'.
Over een klooster in hun naaste omgeving werd natuurlijk wederom overleg
gepleegd met Kudelstaart en Hoofddorp. Die vonden dat nu opeens een
prima idee : er zou dan immers geen hulpkerk komen in Aalsmeer en er zou
assistentie zijn van de paters in hun eigen parochie. Ook de pastoor uit De
Kwakel werd dit keer geraadpleegd. Die had helemaal geen bezwaar. Enkele
maanden tevoren kon hij vanwege niersteenaanvallen geen diensten leiden, maar
hulp van o.a. Kudelstaart kreeg hij toen niet ! En zo is het klooster er
gekomen. Voorwaarde was wel dat de kloosterkerk een hulpkerk bleef van
Kudelstaart en Hoofddorp en dat alle opbrengsten o.a. van collecten
zouden toekomen aan belanghebbende parochies, dus Kudelstaart en Hoofddorp!
Daar is later door het bisdom terecht op terug gekomen. De grond kostte 26500
gulden, de bouw 126.00 gulden. In 1920, het klooster was nog niet geheel af,
maar werd wel ingewijd. En 10 jaar later kwam er een parochie met een eigen
kerk naast het klooster. Ook dat was een moeizame weg, met dank aan de
omliggende parochies. Er is weinig reden om het honderdjarig bestaan van het
klooster te vieren : alle bewoners zijn vertrokken.
We zijn nu 75 jaar na het
einde van de tweede wereldoorlog. Op de voor- en/of achterpagina van het
tijdschrift van de stichting Oud Aalsmeer 'Oud Nuus' staat een foto van de
bevrijding met het klooster. Tijdens de oorlog is het klooster vele
malen gevorderd door de Duitsers om verschillende redenen. De paters moesten
weg en kregen onderdak bij parochianen. Als ze mochten terugkomen
naar het klooster moest de 'Schweinestal' altijd eerst grondig worden
schoongemaakt. En na een tijdje werd het weer gevorderd en konden de paters
weer vertrekken. Dit herhaalde zich vele malen. En tegen het einde van de
oorlog, toen delen van Nederland al bevrijd waren, werden Amerikaanse, Engelse,
Canadese, Poolse, Russische en zelfs 2 Nederlandse krijgsgevangenen
ondergebracht in het klooster. Berekend voor 25 religieuzen zaten er nu 100
krijgsgevangenen. Één van hen was de George Beardshaw. In het AD van vorige
week stond een artikel over hem. Hij is nu 96 jaar oud en kwam als
3-jarige terecht in een weeshuis in Engeland. Met een uitzichtloze toekomst
daar kon hij op zijn 14e jaar naar Canada. Werkzaam op een boerderij werd hij
daar vreselijk uitgebuit. Alleen op zondag mocht hij weg, alleen naar de
kerk. Na een paar jaar greep hij zijn kans om ook daar aan te ontsnappen
door dienst te nemen in het Canadese leger. Zo kwam hij als infanterist in
Europa terecht. Via Caen kwam hij uiteindelijk in Zeeland en werd in Oostburg
gevangen genomen door de Duitsers en naar het klooster in Aalsmeer
overgebracht. Hij werd daar goed behandeld, vond hij zelf. Per dag kreeg
hij 2 aardappels en een stuk zuur brood ! 28 dagen heeft hij gevangen
gezeten. De krijgsgevangenen in het klooster kregen van de bevolking
allerlei etenswaren en tabak. De Duitse bewakers vonden dat goed totdat de
NSB-burgemeester van ons dorp dat verbood en afkondigde dat giften als
'onderkleding, tabak en andere genots- en gebruikmiddelen' bij de
gemeentesecretarie gedeponeerd moesten worden, vanwaar men zorg zou dragen voor
verdeling onder de krijgsgevangenen.... Na de overgave van de Duitsers is er
direct na de bevrijding in Aalsmeer bij het klooster uitgebreid
feestgevierd met de toenmalige bewoners. De burgemeester is de volgende dag
gearresteerd.
Hangjongeren op het kerkepad
Het was te verwachten.
Scholen dicht en hun leerlingen moeten thuis 'werken'. De kans om ernstig ziek
te worden van een coronabesmetting is klein op hun leeftijd. Dat wordt
dagelijks verkondigt op TV. Je wilt toch je vrienden weer eens zien. Je zoekt
naar plekken die goed verscholen zijn, zonder BOA's in de buurt. Er loopt links
van de Karmelkerk een pad naar de Jozefschool toe. Volledig verborgen door het
groen van het bomenkerkhof en de kloostertuin. De ideale plek ! Vóór 12 uur
's-middags zie je ze niet, maar in de loop van de middag tot
middernacht is het druk. Muziek, lawaai en veel rommel op de grond na afloop.
Wie op het idee kwam is mij niet bekend, maar op een dag was alle rommel
opgeruimd. Er hing een grote blauwe vuilniszak aan een boom met opschrift
" Jongens s.v.p. dank jullie"! Ze bleven natuurlijk komen, maar het
pad bleef sindsdien schoon !